Bepalen van bijkomende stijgers

Voor het bepalen van bijkomende stijgers of dalers, komt in de eerste plaats de algemene rangschikking in aanmerking.
Bij gelijkheid worden de principes beschreven in punt 1.3.5. gevolgd.

1.3.5. Algemene rangschikking

De rangschikkingen worden opgesteld, naargelang het aantal behaalde punten.
Bij gelijk aantal punten wordt de rangschikking verfijnd in volgorde van onderstaande modaliteiten:

a) Het totaal aantal gewonnen wedstrijden.
b) Het set quotiënt (aantal gewonnen sets gedeeld door aantal verloren sets).
c) Meest aantal wedstrijden gewonnen met 3-0 of 3-1.
d) Het punten quotiënt (totaal gemaakte punten gedeeld door totaal aantal tegenpunten).
e) Het hoogst aantal gemaakte punten.

De rangschikkingen verschijnen op de website Volley West-Vlaanderen.Bij meerdere reeksen op hetzelfde niveau,

Bij meerdere reeksen op hetzelfde niveau, 
worden de gelijk gerangschikten als volgt geklasseerd:

Bij gelijk aantal gespeelde wedstrijden:

a) Hoogste klassementspunten quotiënt (aantal punten gedeeld door aantal wedstrijden).
b) Bij gelijkheid, het hoogst aantal gewonnen wedstrijden.
c) Bij verdere gelijkheid, het hoogste set quotiënt (aantal gewonnen sets gedeeld door aantal verloren sets).
d) Bij verdere gelijkheid, het hoogst aantal gewonnen wedstrijden met 3-0 of 3-1.
e) Bij verdere gelijkheid, het punten quotiënt (aantal gemaakte punten gedeeld door het aantal verloren punten).

Bij ongelijk aantal gespeelde wedstrijden:

a) Hoogste klassementspunten quotiënt (aantal punten gedeeld door aantal wedstrijden).
b) Bij gelijkheid, het hoogste set quotiënt (aantal gewonnen sets gedeeld door aantal verloren sets).
c) Bij verdere gelijkheid, het punten quotiënt (aantal gemaakte punten gedeeld door het aantal verloren punten).

Indien na het toepassen van de verschillende principes er toch nog een gelijkheid is, volgt er een testwedstrijd.